Bouwbesluit Online 2012


2.5 Informatieverstrekking, meldplicht en openbaar register

Het stelsel van certificering kent verschillende informatiestromen. Van certificaathouders wordt gevraagd om bepaalde informatie te verstrekken aan het bevoegd gezag en de CBI in geval van (bijna-)ongevallen en aan CBI’s in het kader van de certificering zelf. CBI’s zullen op hun beurt informatie moeten verstrekken aan de Minister van BZK in het kader van het stelseltoezicht. Om diezelfde reden zal de Raad voor Accreditatie de Minister moeten informeren over het intrekken of schorsen van een accreditatie van een CBI.

Hieronder wordt ingegaan op de drie soorten informatiestromen binnen het stelsel: de meldplicht voor (bijna-)ongevallen, de informatieverstrekking door CBI’s aan de Minister en het openbaar register waarin informatie te vinden is over certificaathouders en certificatieschema’s.

2.5.1Meldplicht bij (bijna-)ongevallen

Als een installateur bij het uitvoeren van de werkzaamheden constateert dat een gasverbrandingsinstallatie een verhoogde concentratie koolmonoxide produceert en deze vrijkomt in een ruimte waar zich mensen in kunnen bevinden, is er sprake van een (bijna)ongeval. Hiermee wordt aangesloten bij de omschrijving van een (bijna-)ongeval door de OvV.

Wanneer gesproken kan worden van een verhoogde concentratie koolmonoxide zal worden geregeld in de onderliggende ministeriële regeling. In het geval van een (bijna-)ongeval zal de installateur direct de installatie buiten bedrijf moeten stellen en de bewoner, gebruiker en/of eigenaar van het gebouw moeten waarschuwen. Ook stelt hij het bevoegd gezag op de hoogte, zodat deze adequate maatregelen kan nemen. Tot slot zal het (bijna-)ongeval gemeld moeten worden aan de CBI, omdat deze het certificaat van de installateur of het (installatie)bedrijf beheert.

Daarnaast is informatie over (bijna-)ongevallen van belang voor de Minister van BZK, omdat hiermee het aantal koolmonoxideongevallen gemonitord kan worden. Het monitoren en onderzoeken van koolmonoxideongevallen is aanbevolen door de OvV. De Minister zal informatie over (bijna-)ongevallen ontvangen van de CBI’s in het jaarlijkse verslag dat zij uitbrengen aan de minister. Hierbij worden geen persoonsgegevens gevraagd; het gaat enkel om het aantal ongelukken en de aard daarvan.

2.5.2Informatieverstrekking door CBI’s en de Raad voor Accreditatie aan de Minister van BZK

In dit wijzigingsbesluit (Stb. 2020, 348) is voorzien in een aantal informatieverplichtingen voor de CBI’s en een verplichting voor de Raad voor Accreditatie. De informatievoorziening door CBI’s is van belang voor de Minister van BZK in het kader van het toezicht op de goede werking van het stelsel. De CBI zal de Minister van BZK daartoe onder meer jaarlijks moeten informeren over de werkzaamheden in de vorm van een verslag. Als de CBI in surseance van betaling verkeert of in faillissement is geraakt, zal de Minister daar eveneens en onverwijld van op de hoogte gesteld moeten worden. De Raad voor Accreditatie zal als nationale accreditatie-instantie het intrekken of schorsen van een accreditatie moeten melden. De Minister van BZK zal de aanwijzing als CBI moeten intrekken bij faillissement of het verlies van accreditatie.

2.5.3Openbaar register van certificaathouders en certificatieschema’s

Er is in dit wijzigingsbesluit (Stb 2020, 348) voorzien in een openbaar register met informatie over aangewezen CBI’s en certificatieschema’s en informatie over certificaathouders. Hiermee kan worden tegengegaan dat iemand zich onterecht gedraagt alsof hij een geldig certificaat heeft. Het register is daarom digitaal en kosteloos voor iedereen toegankelijk. Er wordt op toegezien dat de in het register op te nemen gegevens uitsluitend noodzakelijk zijn voor het toezicht op het goed functioneren van het beoogde stelsel, de uitvoering en handhaving door het bevoegd gezag in dat kader en om als het bevoegd gezag en de opdrachtgever te beoordelen welke installateurs beschikken over een geldig certificaat. Als een certificaat niet langer geldig is of wordt ingetrokken, dan worden de gegevens van het bedrijf uit het register verwijderd.

Ten aanzien van certificatieschema’s registreert de Minister van BZK de datum van aanwijzing en de werkzaamheden en bedrijfsmodellen waarvoor het schema is aangewezen. De CBI kan het register raadplegen om een geschikt aangewezen certificatieschema te kiezen dat hij wil gaan uitvoeren. Verder zijn in het register bedrijfsgegevens (bedrijfsnaam en het registratienummer bij de Kamer van Koophandel) opgenomen van de CBI’s die door de minister zijn aangewezen om het schema uit te voeren.

De Minister van BZK neemt in het register verder de gegevens op van de bedrijven die door een door de minister aangewezen CBI zijn gecertificeerd om een aangewezen certificatieschema uit te voeren, namelijk de bedrijfsnaam, het registratienummer bij de Kamer van Koophandel en op basis van vrijwilligheid de vestigingsplaats van het bedrijf. De CBI houdt toezicht op de toepassing van het certificatieschema en daarmee op het gecertificeerde bedrijf. De gegevens van het gecertificeerde bedrijf dient de CBI aan de Minister van BZK te verstrekken.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties