Bouwbesluit Online 2012


3.1 Nationaal recht

3.1.1Woningwet en Omgevingswet

Dit wijzigingsbesluit (Stb. 2020, 348) is gebaseerd op (nieuwe) grondslagen in artikel 2, vierde lid, en 3, tweede lid, van de Woningwet.10 De grondslag in artikel 2 maakt het mogelijk dat bepaalde werkzaamheden slechts mogen worden uitgevoerd als daarvoor wordt beschikt over een conformiteitsbeoordeling. In artikel 3 is een grondslag opgenomen voor het stellen van regels over conformiteitsbeoordelingsinstanties en conformiteitsbeoordelingsdocumenten. In onderhavige wijzigingsbesluit zijn artikelen 1.35 (het verbod om zonder certificaat werkzaamheden te verrichten aan gasverbrandingsinstallaties) en 1.38 (meldplicht van (bijna-)ongevallen) gebaseerd op artikel 2 van de Woningwet. De overige artikelen met regels over certificatieschema’s en CBI’s zijn gebaseerd op artikel 3. Beide grondslagen in de Woningwet zijn breed geformuleerd en sluiten niet uit dat er in de toekomst regels betreffende certificering worden gesteld ten aanzien van andere onderwerpen. Dit wijzigingsbesluit beperkt zich echter tot een certificeringsstelsel voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties ten behoeve van het tegengaan van koolmonoxidegevaar.

De Woningwet zal deels opgaan in de Omgevingswet, door middel van aanpassingen door de Invoeringswet Omgevingswet.11 Onder andere artikel 2 van de Woningwet komt te vervallen; dit artikel wordt vervangen door de grondslag in artikel 4.3 van de Omgevingswet. De grondslag voor het aanwijzen van werkzaamheden die alleen met een certificaat mogen worden uitgevoerd zal dus na inwerkingtreding van de Invoeringswet in de Omgevingswet te vinden zijn. Artikel 3, tweede lid, blijft achter in de Woningwet. Dit artikel bevat de grondslag voor regels over CBI’s en certificatieschema’s die uitgewerkt worden in het Besluit kwaliteit leefomgeving (eisen aan de aanwijzing) en in het Omgevingsbesluit (aanvraagprocedure). De samenloop van het wetsvoorstel waar dit besluit op gebaseerd is en de Invoeringswet Omgevingswet is geregeld in een samenloopbepaling bij het wetsvoorstel. 12

Omdat de wijzigingen in het Bouwbesluit 2012 gedeeltelijk doorwerken in het stelsel van de Omgevingswet zal het certificeringsstelsel deels de Woningwet als grondslag behouden en deels de systematiek van de Omgevingswet volgen. Dat betekent dat het stelsel nader wordt uitgewerkt in het Besluit bouwwerken leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en in het Omgevingsbesluit. Uitgangspunt daarbij is een technische omzetting van de wijzigingen in het Bouwbesluit 2012. Een meer gedetailleerde toelichting op de omzetting is opgenomen in het artikelsgewijze deel van deze nota van toelichting.

10 Kamerstukken II 2017/18, 35 022, nr. 2 en nr. 3.

11 Kamerstukken II 2017/18, 34 986, nr. 2 (herdruk).

12 Kamerstukken II 2018/19, 35 022, nr. 6.

3.1.2Activiteitenbesluit milieubeheer

Het certificeringsstelsel ziet niet op werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties die reeds gereguleerd worden door het Activiteitenbesluit milieubeheer. Meer specifiek gaat het om de eisen die volgen uit artikel 3.7, tweede lid, en 3.10p van het Activiteitenbesluit milieubeheer inzake keuringen en onderhoud aan stookinstallaties. Deze eisen zijn nader uitgewerkt in de Activiteitenregeling milieubeheer (artikel 3.7m tot en met 3.7p). Een correcte afvoer van verbrandingsgassen en een controle op koolmonoxide zijn onderdeel van de keuring (artikel 3.7m Activiteitenregeling milieubeheer), dus het brengen van dergelijke gasverbrandingstoestellen onder het certificeringsstelsel zou leiden tot dubbele lasten voor de normadressaat.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties