Bouwbesluit Online 2012


5.1 Toezicht en handhaving binnen het stelsel

De Minister van BZK houdt stelseltoezicht op het certificeringsstelsel als geheel. Dit toezicht is onder andere geconcretiseerd in de bevoegdheid van de minister om CBI’s aan te wijzen en om die aanwijzingen te schorsen of in te trekken. Schorsen en intrekken is mogelijk wanneer de CBI zich niet houdt aan de voorwaarden die zijn verbonden aan de aanwijzing, of aan de regels zoals opgenomen in dit wijzigingsbesluit (Stb. 2020, 348). De minister kan voor het toezicht en de handhaving eventueel toezichthouders aanwijzen op grond van artikel 93 van de Woningwet.

De RvA houdt eveneens toezicht op de CBI’s, in het kader van de accreditatie. Dit toezicht houdt onder meer in dat de RvA periodiek toetsingen verricht bij de CBI’s om zicht te houden op de naleving van de voorwaarden voor accreditatie. Het actieve toezicht van de minister op CBI’s zal vanwege de rol van de RvA beperkt zijn, en worden vormgegeven in overleg met de RvA.

De CBI’s zullen op hun beurt toezicht moeten houden op de certificaathouders. De basis hiervoor zijn de certificatieschema’s, waarin onder meer is vastgelegd aan welke eisen de certificaathouder moet voldoen en op welke wijze de CBI zal ingrijpen indien de eisen niet worden nageleefd. Bij foutief handelen kan een CBI de certificaathouder waarschuwen of het certificaat schorsen of intrekken.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties