§ 1.5. Verbouw van bouwwerken
Artikel 1.11
1.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning die betrekking heeft op het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk afwijken van een bij of krachtens dit besluit vastgesteld voorschrift omtrent het bouwen van een bouwwerk tot het niveau van het desbetreffende voorschrift voor de staat van een bestaand bouwwerk. Bij het ontbreken van laatstbedoeld voorschrift kan worden afgeweken tot het rechtens verkregen niveau.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing voor zover bij of krachtens dit besluit anders is bepaald.
Artikel 1.12
1.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning die betrekking heeft op zowel het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk als een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, dan wel artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, in het belang van de monumentenzorg afwijken van een bij of krachtens dit besluit vastgesteld voorschrift.
2.
Indien voor het geheel of gedeeltelijk vernieuwen of veranderen of het vergroten van een bouwwerk geen omgevingsvergunning is vereist en dat bouwen tevens kan worden aangemerkt als een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, dan wel artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, is, voor zover een voorschrift, verbonden aan een vergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor die activiteit, afwijkt van een bij of krachtens dit besluit vastgesteld voorschrift, uitsluitend het aan de vergunning verbonden voorschrift van toepassing.