1.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning die betrekking heeft op het gedeeltelijk veranderen of het vergroten van een bouwwerk afwijken van artikel 5.2, eerste tot en met derde lid, voor de ten minste aan te houden warmteweerstand tot een niveau dat niet meer dan 1,2 m².K/W lager is. Voor ramen, deuren, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructie-onderdelen geldt geen voorschrift voor de warmtedoorgangscoëfficiënt.
Uw gekozen filters: