Bouwbesluit Online 2012

Artikel 6.29. Droge blusleiding

1.

Een gebruiksfunctie met een vloer van een verblijfsgebied hoger gelegen dan 20 m boven het meetniveau, heeft een droge blusleiding.

2.

Bij ministeriële regeling kan een droge blusleiding in andere gevallen dan in het eerste lid bepaald worden voorgeschreven en kunnen voorschriften ter zake van droge blusleidingen worden gegeven.

3.

Een wegtunnelbuis heeft een op een in artikel 6.30 bedoelde bluswatervoorziening aangesloten droge blusleiding met in elke hulppost als bedoeld in afdeling 2.13 een brandslangaansluiting die bij brand een capaciteit van ten minste 120 m³/h kan leveren.

4.

De loopafstand tussen een brandslangaansluiting van een in het eerste lid bedoelde droge blusleiding en een punt in een op die aansluiting aangewezen gebruiksgebied is niet groter dan 60 m voor nieuwbouw en 110 m voor bestaande bouw.

5.

Een te installeren droge blusleiding voldoet aan NEN 1594.

6.

De inrichting van een bestaande droge blusleiding voldoet aan NEN 1594 voor:

  1. a.

    de drukbestendigheid;

  2. b.

    de onbrandbaarheid van het materiaal van de leiding;

  3. c.

    de soorten koppelingen voor de aansluiting van brandslangen;

  4. d.

    de aanduiding van de brandslangaansluitingen, en

  5. e.

    de aanduiding van de voedingsaansluitingen.

[OPMERKING BRIS: De NEN 1594 die is aangestuurd voor bestaande bouw kent geen aanduiding van de brandslangaansluitingen. Hiervoor kan de NEN 1594 gebruikt worden die wordt aangestuurd voor nieuwbouw]

7.

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.16, eerste lid, worden een bij of krachtens de wet voorgeschreven droge blusleiding en een pompinstallatie bij oplevering en daarna eenmaal in de vijf jaar getest volgens NEN 1594.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties