Artikel 3.73. Openingen
1.
Een uitwendige scheidingsconstructie heeft geen openingen die breder zijn dan 0,01 m. Dit geldt niet voor een afsluitbare opening en een uitmonding van:
-
a.
een voorziening voor luchtverversing;
-
b.
een afvoervoorziening voor rookgas, en
-
c.
een ont- en beluchting van een afvoervoorziening voor huishoudelijk afvalwater en hemelwater.
2.
In afwijking van het eerste lid is een grotere opening toegestaan voor een nest of een vaste rust- of verblijfplaats voor bij of krachtens hoofdstuk 3 van de Wet natuurbescherming beschermde diersoorten.
Uw gekozen filters: