Artikel 4.16 NEN-EN 81-72
Dit artikel bevat nadere voorschriften bij NEN-EN 81-72, welke in artikel 1.1, tweede lid, is aangestuurd voor het vastleggen van het begrip"brandweerlift". Abusievelijk kent het Bouwbesluit 2003 geen technische inhoudelijke voorschriften die verband houden met de liftschacht voor een brandweerlift waarvoor voornoemd geharmoniseerd normblad de voorschriften bevat. Via deze tijdelijke constructie is daarin alsnog voorzien. Het geharmoniseerde deel van normblad bestaat uit de onderdelen 5.2 t.m. 5.8 en bevat wat betreft bouwtechnische onderwerpen voorschriften met betrekking tot omgeving/gebouw, fundamentele brandweerlifteisen, bescherming van elektrische apparatuur tegen water, bevrijding van in de kooi opgesloten brandweerlieden, liftmachine en bijbehorende apparatuur, besturingssystemen en energievoorziening voor brandweerliften. De in dit normblad genoemde voorschriften gelden slechts voor zover van belang voor de toepassing van het besluit. Voor de onderdelen 5.1 en 5.9 heeft de overheid door middel van deze regeling in de nadere regeling als gevraagd in het normblad, voldaan.
In afwijking van artikel 1.2, tweede lid, van deze regeling gelden de uit dit normblad voortvloeiende verwijzingen naar andere normbladen slechts voor zover van belang voor de toepassing van het besluit.
Het Europese normblad kent geen onderscheid tussen een rookvrije of een brand- en rookvrije ruimte en bij de Nederlandse vertaling van deze Europese norm is de terminologie "fire protected lobby" vertaald in "tegen brand beschermde hal". Uitgaande van de gangbare bouwpraktijk is hier echter sprake van een rookvrije verkeersruimte die bouwtechnisch wordt gekwalificeerd als een rookcompartiment als bedoeld in afdeling 2.16 van het Bouwbesluit 2003. De eis voor een rookvrije verkeersruimte is overeenkomstig de publicatie 'Brandbeveiligingsinstallaties', maart 2003, van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) waarin wordt gesproken van een rookwerende sluis. Een zwaardere eis is voor deze ruimte niet alleen onnodig, maar zou ook leiden tot een stijging van de bouwkosten.
In het verlengde van het voorschrift van artikel 2.104, eerste lid, van het Bouwbesluit 2003, waarin wordt gesteld dat een liftschacht die voldoet aan de eisen van een brand- en rookvrije vluchtroute geen brandcompartiment behoeft te zijn, is nu voor de liftschacht van een brandweerlift voorgeschreven dat er tussen de liftschacht en een naastgelegen ruimte waarin brand kan ontstaan een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag is van ten minste 60 minuten. Het rookvrije portaal voor de toegang van de lift mag binnen dat compartiment gelegen zijn. Indien dat niet het geval is dan zal de deur van de liftschacht brandwerend moeten zijn met bijbehorende kostenconsequenties.
Voor de vrije doorgang van de toegang van de liftschacht van de brandweerlift is ook het nationale voorschrift van ten minste 85 cm van toepassing. Op deze maatvoering zal de kooideur behoren aan te sluiten, omdat het anders te krap manoeuvreren voor de brandweer zal worden. Bovendien is het overgrote deel van de brandweerliften onder normale omstandigheden al een gewone personenlift met een vrije doorgang voor de liftschacht van ten minste 85 cm.