Afdeling 4.7. Toiletruimte
§ 4.7.1. Nieuwbouw
Artikel 4.34
1.
Een te bouwen bouwwerk heeft voldoende toiletruimten.
2.
Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 4.34 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.
3.
Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 4.34 geen voorschrift is aangewezen.
Artikel 4.35
1.
Een gebruiksfunctie heeft een aantal toiletruimten, dat niet kleiner is dan de grenswaarde die is aangegeven in tabel 4.34.
2.
Een gebruiksfunctie heeft voor elke 125 m² gebruiksoppervlakte of een gedeelte daarvan ten minste een toiletruimte.
3.
Een toiletruimte kan een gemeenschappelijke toiletruimte zijn. Op deze toiletruimte zijn uitsluitend gebruiksfuncties van dezelfde soort aangewezen, met een totale gebruiksoppervlakte van niet meer dan 125 m².
4.
Een gebruiksfunctie heeft een zodanig aantal toiletruimten dat op een toiletruimte niet meer is aangewezen dan de in tabel 4.34 aangegeven gebruiksoppervlakte aan gebruiksfunctie, met een minimum van twee toiletruimten.
5.
In afwijking van het vierde lid, kan worden volstaan met één toiletruimte, indien de totale gebruiksoppervlakte van een of meer op deze toiletruimte aangewezen gebruiksfuncties niet groter is dan de in tabel 4.34 aangegeven gebruiksoppervlakte.
6.
Een toiletruimte kan een gemeenschappelijke toiletruimte zijn.
Artikel 4.36
1.
Ten minste een toiletruimte van een woonfunctie met een gebruiksoppervlakte van meer dan 500 m² is integraal toegankelijk.
2.
Een woonfunctie gelegen in een woongebouw met een toegankelijkheidssector als bedoeld in artikel 4.4, zonder niet-gemeenschappelijke toiletruimte, heeft ten minste een gemeenschappelijke toiletruimte die integraal toegankelijk is.
3.
Ten minste een toiletruimte is integraal toegankelijk.
4.
Indien de gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie, vermeerderd met het totaal aan gebruiksoppervlakte van een of meer gebruiksfuncties van dezelfde soort, gelegen op hetzelfde perceel, groter is dan of gelijk aan 400 m², is het aantal integraal toegankelijke toiletruimten ten minste gelijk aan de getalwaarde van het aantal toiletruimten, bedoeld in artikel 4.35, derde en vierde lid, gedeeld door tien, op een geheel getal naar boven afgerond.
5.
Indien de gebruiksoppervlakte van een onderwijsfunctie, vermeerderd met het totaal aan gebruiksoppervlakte van een of meer gebruiksfuncties van dezelfde soort, gelegen op hetzelfde perceel, groter is dan of gelijk aan 400 m², is het aantal integraal toegankelijke toiletruimten ten minste gelijk aan de getalwaarde van het aantal toiletruimten, bedoeld in artikel 4.35, vierde lid, gedeeld door 35, op een geheel getal naar boven afgerond.
6.
Indien de totale gebruiksoppervlakte aan bijeenkomstfuncties gelegen op hetzelfde perceel, groter is dan of gelijk aan 400 m², is ten minste een toiletruimte een integraal toegankelijke toiletruimte.
Artikel 4.37
1.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35, eerste en tweede lid, en 4.36, eerste en tweede lid, is vanaf de toegang van de woonfunctie bereikbaar via besloten niet-gemeenschappelijke ruimten van die woonfunctie.
2.
In afwijking van het eerste lid, is de toiletruimte vanaf de toegang van de woonfunctie bereikbaar via besloten al dan niet gemeenschappelijke verkeersroutes.
3.
Een toiletruimte ligt niet buiten de standplaats.
4.
Het hoogteverschil tussen ten minste een vloer waarop een toegang van de woonfunctie zich bevindt en de vloer van ten minste een gemeenschappelijke toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35, derde lid, is niet meer dan 3 m. Dit geldt niet voor een integraal toegankelijke toiletruimte en een woonfunctie met een niet-gemeenschappelijke toiletruimte.
5.
De loopafstand tussen ten minste een toegang van de woonfunctie en de toegang van ten minste een gemeenschappelijke toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35, derde lid, is niet groter dan 25 m. Dit geldt niet voor een integraal toegankelijke toiletruimte en een woonfunctie met een niet-gemeenschappelijke toiletruimte.
6.
Een integraal toegankelijke toiletruimte ligt in een toegankelijkheidssector als bedoeld in artikel 4.4.
7.
Een toiletruimte is niet rechtstreeks toegankelijk vanuit een verblijfsruimte.
Artikel 4.38
1.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35, eerste tot en met zesde lid, heeft een vloeroppervlakte van ten minste 0,9 m x 1,2 m.
2.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35, eerste lid, heeft een vloeroppervlakte van ten minste 1 m². De breedte van die vloeroppervlakte is ten minste 0,8 m.
3.
Een integraal toegankelijke toiletruimte heeft een vloeroppervlakte van ten minste 1,65 m x 2,2 m.
4.
Een vloeroppervlakte als bedoeld in het eerste tot en met derde lid, heeft een hoogte boven de vloer van ten minste de grenswaarde als aangegeven in tabel 4.34.
Artikel 4.39
1.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35 is afsluitbaar.
2.
Ten minste een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.35 is afsluitbaar.
§ 4.7.2. Bestaande bouw
Artikel 4.40
1.
Een bestaand bouwwerk heeft voldoende toiletruimten.
2.
Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 4.40 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.
3.
Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 4.40 geen voorschrift is gegeven.
Artikel 4.41
1.
Een gebruiksfunctie heeft een aantal toiletruimten, dat niet kleiner is dan de grenswaarde die is aangegeven in tabel 4.40.
2.
Een gebruiksfunctie zonder niet-gemeenschappelijke toiletruimte, heeft voor elke in tabel 4.40 aangegeven gebruiksoppervlakte of gedeelte daarvan, ten minste een, al dan niet gemeenschappelijke toiletruimte.
3.
Een gebruiksfunctie heeft voor elke in tabel 4.40 aangegeven gebruiksoppervlakte of gedeelte daarvan, een al dan niet gemeenschappelijke toiletruimte, met een minimum van twee toiletruimten.
4.
In afwijking van het eerste en derde lid, kan worden volstaan met één al dan niet gemeenschappelijke toiletruimte, indien de totale gebruiksoppervlakte van de op deze toiletruimten aangewezen gebruiksfuncties niet groter is dan 600 m².
5.
Een toiletruimte kan een gemeenschappelijke toiletruimte zijn.
Artikel 4.42
1.
Een gemeenschappelijke toiletruimte als bedoeld in artikel 4.41, tweede lid, is, vanaf de toegang van de woonfunctie bereikbaar door al dan niet gemeenschappelijke besloten ruimten van de woonfunctie.
2.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.41, is niet rechtstreeks toegankelijk vanuit een verblijfsruimte.
Artikel 4.43
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.41, eerste tot en met derde lid, heeft een vloeroppervlakte van ten minste 0,64 m². De breedte van die vloeroppervlakte is ten minste 0,6 m en de hoogte daarboven is ten minste 2 m.
Artikel 4.44
1.
Een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.41 is afsluitbaar.
2.
Ten minste een toiletruimte als bedoeld in artikel 4.41 is afsluitbaar.