Bouwbesluit Online 2012


Afdeling 3.20. Daglicht

§ 3.20.1. Nieuwbouw

Artikel 3.133

1.

Een te bouwen bouwwerk is zodanig dat daglicht in voldoende mate kan toetreden.

2.

Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.133 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3.

Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.133 geen voorschrift is aangewezen.

Artikel 3.134

1.

Een verblijfsgebied heeft een volgens NEN 2057 bepaalde equivalente daglichtoppervlakte in m² waarvan de getalwaarde niet kleiner is dan de getalwaarde van het in tabel 3.133 aangegeven deel van de vloeroppervlakte in m² van dat verblijfsgebied.

2.

Een verblijfsruimte heeft een volgens NEN 2057 bepaalde equivalente daglichtoppervlakte die niet kleiner is dan de in tabel 3.133 gegeven oppervlakte.

3.

Een equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt niet gerealiseerd door middel van een lichtopening in een inwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt met een aangrenzend verblijfsgebied, een toiletruimte, een badruimte of een technische ruimte.

4.

Bij het bepalen van een equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste en tweede lid:

  1. a.

    blijven bouwwerken en daarmee gelijk te stellen belemmeringen, die op een ander perceel liggen, buiten beschouwing,

  2. b.

    blijven daglichtopeningen in een uitwendige scheidingsconstructie, die op een loodrecht op het projectievlak van die openingen gemeten afstand van minder dan 2 m vanaf de perceelsgrens liggen, buiten beschouwing, waarbij, indien het perceel waarop de gebruiksfunctie ligt, grenst aan een openbare weg, openbaar water of openbaar groen, de afstand wordt aangehouden tot het hart van de weg, het openbaar groen of het openbaar water, en

  3. c.

    is de in rekening te brengen belemmeringshoek a, bedoeld in NEN 2057, voor elk te onderscheiden segment niet kleiner dan 25°.

5.

Bij het bepalen van een equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste of tweede lid:

  1. a.

    blijven bouwwerken, niet zijnde de woonwagen, en andere daarmee gelijk te stellen belemmeringen buiten beschouwing, en

  2. b.

    is de in rekening te brengen belemmeringshoek a, bedoeld in NEN 2057, voor elk te onderscheiden segment niet kleiner dan 25°.

6.

Het eerste en tweede lid gelden niet voor een bouwwerk of een gedeelte daarvan voor de landsverdediging of de bescherming van de bevolking.

7.

Het tweede lid geldt niet voor een verblijfsruimte met een vloeroppervlakte van meer dan 150 m². Bij het bepalen van de equivalente daglichttoetreding van het verblijfsgebied waarin die verblijfsruimte ligt, blijft, in afwijking van het eerste lid, de vloeroppervlakte van die ruimte buiten beschouwing.

§ 3.20.2. Bestaande bouw

Artikel 3.135

1.

Een bestaand bouwwerk is zodanig dat daglicht in voldoende mate kan toetreden.

2.

Voorzover voor een gebruiksfunctie in tabel 3.135 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

3.

Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 3.135 geen voorschrift is aangewezen.

Artikel 3.136

1.

Een verblijfsruimte heeft een volgens NEN 2057 bepaalde equivalente daglichtoppervlakte die niet kleiner is dan de in tabel 3.135 gegeven oppervlakte.

2.

De equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste lid, wordt niet gerealiseerd door middel van een lichtopening in een inwendige scheidingsconstructie die de scheiding vormt met een toiletruimte, een badruimte of een technische ruimte.

3.

Bij het bepalen van de equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste lid:

  1. a.

    blijven bouwwerken en daarmee gelijk te stellen belemmeringen, die op een ander perceel liggen, buiten beschouwing;

  2. b.

    blijven daglichtopeningen in een uitwendige scheidingsconstructie die op een loodrecht op het projectievlak van die openingen gemeten afstand van minder dan 2 m vanaf de perceelsgrens liggen buiten beschouwing, waarbij, indien het perceel waarop de gebruiksfunctie ligt, grenst aan een openbare weg, openbaar water of openbaar groen, de afstand mag worden aangehouden tot het hart van de weg, het openbaar groen of het openbaar water, en

  3. c.

    is de in rekening te brengen belemmeringshoek a, als bedoeld in NEN 2057, voor elk te onderscheiden segment niet kleiner dan 25°.

4.

Bij het bepalen van de equivalente daglichtoppervlakte als bedoeld in het eerste lid:

  1. a.

    blijven bouwwerken, niet zijnde de woonwagen, en andere daarmee gelijk te stellen belemmeringen buiten beschouwing, en

  2. b.

    is de in rekening te brengen belemmeringshoek a, bedoeld in NEN 2057, voor elk te onderscheiden segment niet kleiner dan 25°.

5.

Het eerste lid geldt niet voor een bouwwerk of een gedeelte daarvan voor de landsverdediging of de bescherming van de bevolking.

6.

Het eerste lid geldt niet voor een verblijfsruimte met een vloeroppervlakte van meer dan 150 m².

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties