Hoofdstuk 4. Scheiden bouw- en sloopafval
Artikel 4.1
Lid 1.
Onverminderd artikel 1.29, tweede lid, van het besluit worden de categorieën bouw- en sloopafval als bedoeld in artikel 8.9 van het besluit ten minste gescheiden in de volgende fracties:
a. | als gevaarlijk aangeduide afvalstoffen als bedoeld in hoofdstuk 17 van de afvalstoffenlijst bedoeld in de Regeling Europese afvalstoffenlijst, voor zover deze stoffen niet in de onderdelen b tot en met j van dit lid zijn opgenomen; |
b. | teerhoudende dakbedekking, al dan niet met dakbeschot; |
c. | teerhoudend asfalt; |
d. | bitumineuze dakbedekking, al dan niet met dakbeschot; |
e. | niet-teerhoudend asfalt; |
f. | vlakglas, al dan niet met kozijn; |
g. | gipsblokken en gipsplaatmateriaal; |
h. | dakgrind; |
i. | armaturen; |
j. | gasontladingslampen. |
Lid 2.
Gevaarlijke stoffen als bedoeld in het eerste lid, onder a, worden niet gemengd of gescheiden.
Lid 3.
De fracties, bedoeld in het eerste lid, worden op het bouw- of sloopterrein gescheiden gehouden en gescheiden afgevoerd.
Lid 4.
Het eerste lid, onder d tot en met j, en het derde lid zijn niet van toepassing voor zover de hoeveelheid afval van de betreffende fractie minder dan 1 m3 bedraagt.
Lid 5.
In afwijking van het derde lid kunnen de fracties op een andere locatie worden gescheiden voor zover scheiding op het bouw- of sloopterrein naar oordeel van het bevoegd gezag redelijkerwijs niet mogelijk is.