Artikel 4.50.
Het afsluitbaar zijn in de zin van het Bouwbesluit betekent hier dat een badruimte een deur moet hebben die dicht kan. Dat wil zeggen dat de deur aan bovenzijde aansluit tegen de bovendorpel en doorloopt tot aan de vloer. Het is niet vereist is dat de deur op slot kan worden gedaan.
Wanden moeten van vloer tot plafond doorlopen. Voor groepen van douchecabines waarbij de cabines niet geheel afsluitbaar zijn (de wanden lopen niet door tot de vloer en het plafond) zal toepassing moeten worden gegeven aan het gelijkwaardigheidsbeginsel.
In tegenstelling tot hetgeen algemeen geldt, behoeft een deur van badruimte van een celfunctie niet tot op de grond door te lopen en aan de bovenzijde aan te sluiten op de bovendorpel van het kozijn. Het is echter in tegenstelling tot het voorschrift zelve wel de bedoeling dat de badruimte van een celfunctie een deur heeft. Met het niet volledig afsluitbaar zijn is gewaarborgd dat een bewaarder ook in een badruimte voldoende toezicht kan uitoefenen op het doen en laten van een gedetineerde. Dit voorschrift is mede ontleend aan de Regeling politiecellencomplex.