Bouwbesluit Online 2012


Algemeen deel van de nota van toelichting van Stb. 2017, 494

1.Inleiding

Met deze wijziging van het Bouwbesluit 2012 wordt specifieke regelgeving voor drijvende bouwwerken ingevoerd. Verder wordt een invulling gegeven aan de voorschriften voor duurzaam bouwen en wordt de grenswaarde voor de concentratie van asbestvezels aangepast. Ook is een enkele meer ondergeschikte wijziging aangebracht. Tevens is met dit wijzigingsbesluit een wijziging aangebracht in het Besluit huurprijzen woonruimte.

Drijvende bouwwerken

De aanleiding voor deze wijziging is een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 16 april 2014 in een zaak over een gemeentelijke verbouwingsvergunning voor de verbouwing van een bestaande woonboot (ABRvS 16 april 2014, ECLI:NL:RVS:2014:1331). De Afdeling bestuursrechtspraak oordeelde toen dat de woonboot moest worden aangemerkt als bouwwerk. Deze uitspraak zou voor vele woonboten en andere drijvende objecten die hoofdzakelijk worden gebruikt voor verblijf kunnen betekenen dat deze voortaan als een bouwwerk in de zin van de Woningwet en de Wabo aangemerkt moeten worden. Dit zou als consequentie hebben dat veel van die woonboten niet voldoen aan de voor bouwwerken geldende regelgeving en daarmee in feite illegaal zijn geworden. Derhalve heeft het kabinet in antwoord op vragen uit de Tweede Kamer aangegeven (Aanhangsel Handelingen II 2013/14, 2318) te onderzoeken hoe wet- en regelgeving voor woonboten moet worden aangepast naar aanleiding van de uitspraak. Dit heeft geleid tot de Wet verduidelijking voorschriften woonboten (Kamerstukken II 2015/16, 34 434, nr. 2). In deze wet wordt met specifiek overgangsrecht geregeld dat de technische voorschriften van het Bouwbesluit 2012 niet van toepassing zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van die wet bestaande woonboten of bestaande andere drijvende objecten, die hoofdzakelijk worden gebruikt voor verblijf van personen. Voor dergelijke bouwwerken gaat de zorgplicht van artikel 1a Woningwet als vangnet met betrekking tot veiligheid en gezondheid gelden. Deze wijziging van het Bouwbesluit 2012 treedt gelijktijdig in werking met de Wet verduidelijking voorschriften woonboten.

2.Procedure en Inspraak

Het concept van de wijziging van het Bouwbesluit 2012 is ter beoordeling voorgelegd aan de Juridisch – Technische Commissie (JTC) en ter informatie aan het Overlegplatform Bouwregelgeving (OPB). In het OPB zijn op bestuurlijk niveau de organisaties van ontwerpende, uitvoerende en toeleverende bouw alsmede belangenorganisaties van beheerders en gebruikers van gebouwen en organisaties van toezichthouders vertegenwoordigd. Het JTC bestaat uit vertegenwoordigers van de organisaties die deel uitmaken van het OPB, die zich vooral bezighouden met de meer juridisch/technische vraagstukken. De consultering in beide gremia heeft niet geleid tot wijzigingen in het besluit.

Tevens zijn de wijzigingen wat betreft de drijvende bouwwerken ter advisering voorgelegd aan een werkgroep waarin een aantal betrokken gemeenten, bouwers van drijvende bouwwerken en de Landelijke Woonboten Organisatie vertegenwoordigd zijn.Vervolgens is het concept gepubliceerd in het kader van de internetconsultatie. Deze consultatie vond plaats van 20 maart 2017 tot en met 19 april 2017. Er zijn zes reacties binnengekomen over de drijvende bouwwerken en twee reacties hadden betrekking op wijziging omtrent de grenswaarde voor de concentratie van asbestvezels. Naar aanleiding van de reacties is een artikel gewijzigd. In onderdeel G is het zevende lid van artikel 5.3, de uitzondering voor de uitwendige scheidingsconstructie van een drijvend bouwwerk, aangescherpt, zodat het boven het water gelegen deel van het drijflichaam ook een lagere eis heeft. Verder is de toelichting op enkele punten verduidelijkt.

3.Code interbestuurlijke verhoudingen

Het ontwerpbesluit is voorgelegd aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in het kader van de formele adviesbevoegdheid als bedoeld in de Code interbestuurlijke verhoudingen. De VNG heeft ten aanzien van de onderwerpen van dit besluit geen gebruik willen maken van haar formele adviesbevoegdheid.

4.Notificatie

Het ontwerpbesluit is op 19 juli 2017 ingevolge artikel 5, eerste lid, van Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU 2015, L241) voorgelegd aan de Europese Commissie (2017/0338/NL). De meeste bepalingen van dit besluit bevatten mogelijk technische voorschriften in de zin van deze richtlijn. Deze bepalingen zijn verenigbaar met het vrije verkeer van goederen; zij zijn evenredig en waar nodig voorzien van een gelijkwaardigheidsbepaling met het oog op de wederzijdse erkenning (zie artikel 1.3 van het Bouwbesluit 2012). Van de Commissie is geen reactie ontvangen.

Melding aan het Secretariaat van de Wereldhandelsorganisatie ingevolge artikel 2, negende lid, van de op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235) heeft niet plaatsgevonden nu in casu geen sprake is van significante gevolgen voor de handel.

5.Regeldruk

Algemeen

Het onderdeel van dit besluit over de woonboten heeft invloed op de regeldruk. Dit blijkt uit het onderzoeksrapport «Effectmeting wijzigingen Bouwbesluit 2012, Drijvende Bouwwerken, milieuprestatiegrenswaarden en de label-C plicht voor kantoren» (Sira, 16 mei 2017). Opgemerkt wordt dat de in dit onderzoek opgenomen label-C plicht voor kantoren geen onderdeel uit maakt van dit besluit.Voor de wijziging met betrekking tot de milieuprestatiegrenswaarde blijkt uit het Sira-rapport dat er geen toename van de nalevingskosten en administratieve lasten is.De effectmeting voor de wijziging omtrent asbest is al in 2013 uitgevoerd: «Effectmeting wijziging bouwregelgeving, Doorrekening van de effecten van de wijzigingen van het Bouwbesluit 2012 en Regeling Bouwbesluit 2012 op de administratieve lasten en nalevingskosten voor bedrijven en burgers en de bestuurlijke lasten van de overheid» (Sira, juli 2013). Hieruit, en uit het TNO rapport «Advies ter onderbouwing van een te hanteren risiconiveau-concentratie voor de blootstelling aan asbestvezels» (TNO-060-UT-2011-02007), blijkt dat het opnemen van de lagere grenswaarde voor de toegestane concentraties asbestvezels in het Bouwbesluit 2012 niet leidt tot significante kostenverhogingen. In de praktijk wordt namelijk al jaren niet meer gewerkt met hoge grenswaarden die voor de invoering van deze wijziging golden.

Nalevingskosten

Dit wijzigingbesluit leidt voor de drijvende bouwwerken tot een eenmalige verhoging van de nalevingskosten voor bedrijven.

Het gaat hierbij om een eenmalige kostenpost van totaal € 720 voor het bedrijfsleven. Dit bedrag bestaat uit de kosten die de vier bedrijven die woonboten bouwen zullen moeten maken om kennis te nemen van de specifieke eisen die in dit wijzigingsbesluit worden gesteld aan de nieuw te bouwen woonboten.

Administratieve lasten

Dit wijzigingsbesluit leidt voor de drijvende bouwwerken tot een structurele toename van de administratieve lasten voor burgers.

Het gaat hierbij om een toename van € 1.500 per bouwaanvraag voor een woonboot. Deze meerkosten bestaan uit de aanvullende indieningsvereisten voor de bouw van een woonboot. Aangezien de burger initiatiefnemer is, zijn deze lasten voor de burger. Het gaat hier om de kosten voor de aanvragende burger, dus niet voor iedere burger. Uitgaande van 60 tot 80 aanvragen per jaar, geeft dit een toename van de administratieve lasten van minimaal € 90.000 tot maximaal € 120.000 per jaar. Opgemerkt wordt dat dit een verlaging is ten opzichte van de kosten die gemaakt zouden moeten worden wanneer de huidige (hogere) eisen van het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd zouden worden.

Bestuurlijke lasten

Dit besluit heeft geen effecten voor de bestuurlijke lasten.

6.Uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid

Het ontwerpbesluit is beoordeeld aan de hand van de standaardtoets op handhaafbaarheid, uitvoerbaarheid en fraudebestendigheid (HUF-toets). Deze toets heeft geen aanleiding gegeven tot wijziging van het besluit.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties