Bouwbesluit Online 2012


§ 3.10.2. Bestaande bouw

Artikel 3.54.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

Artikel 3.55.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

Artikel 3.56.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

In aanvulling op de toelichtingen op de nieuwbouwartikelen wordt nog het volgende opgemerkt.

Het niveau van de geëiste ventilatiecapaciteit is het laagste dat in verblijfsruimten nog aanvaardbaar is uit het oogpunt van gezondheid en komt overeen met het minimum dat in de nieuwbouwvoorschriften voor verblijfsruimten, gerelateerd aan de laagste klasse van de bezettingsgraad die voor nieuwbouw is toegestaan, is geëist. Is sprake van een grotere bezetting, dan zullen b&w, zoals aangegeven in het algemeen gedeelte van de toelichting de grenswaarde dienovereenkomstig kunnen aanpassen om te beoordelen of er nog van een voldoende gezonde situatie sprake is.

De bepalingsmethode, vastgelegd in NEN 8087, laat het verder toe dat ook naden en kieren als ventilatievoorziening worden aangemerkt.

Artikel 3.57.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

Artikel 3.58.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

Artikel 3.59.

De in deze paragraaf gegeven voorschriften hebben betrekking hebben op bestaande voorzieningen voor de toevoer van verse lucht en de afvoer van binnenlucht. Deze voorschriften zijn ontleend aan het TNO Bouw-rapport B-92-0306.

De toelichtingen op de artikelen van paragraaf 3.10.1 Nieuwbouw zijn op deze paragraaf van overeenkomstige toepassing.

Anders dan voor nieuwbouw zijn er voor de bestaande bouw geen eisen gesteld aan bepaalde inrichtingseisen van de ventilatievoorziening, zoals ten aanzien van vermindering van het thermisch comfort, de fijnregeling en de verdunning van afvoerlucht. Uit het oogpunt van gezondheid is namelijk primair de capaciteit van de voorziening van belang en niet de wijze waarop de luchtverversing plaatsvindt. Zouden wel deze inrichtingseisen worden gesteld, dan ontstaat snel een situatie die strijdig is met het rechtens verkregen niveau waarbij de kosten die gemoeid zijn met het alsnog aanpassen niet opwegen tegen de meer gezonde situatie die dan ontstaat.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties

Beeld: John van Helvert

Bouwbesluit online is niet meer beschikbaar. De actuele regels zijn te vinden in het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL) op:

BBLonline
bblonline.nl
wettenbank.overheid.nl
De Rijksoverheid. Voor Nederland