Artikel 3.94.
Met dit voorschrift wordt beoogd te voorkomen dat de concentratie van rook ter plaatse van instroomopeningen van een voorziening voor luchtverversing en een voorziening voor toevoer van verbrandingslucht te hoog wordt.
Vanwege het principe van gelijke monniken, gelijke kappen ten grondslag ligt (zie algemeen deel van de toelichting), is bepaald dat bij het bepalen van de kwaliteit van de toevoerlucht (positionering van de uitmonding) geen rekening wordt gehouden met bouwwerken, die op een aangrenzend perceel zijn gelegen.
Aan het tweede lid ligt eveneens het principe van gelijke monniken, gelijke kappen dat aan het Bouwbesluit 2003 ten grondslag (zie algemeen deel van de toelichting). Dit voorschrift heeft voorts tot doel dat ten minste een zekere mate van afvoer tot stand komt indien op korte afstand op een aangrenzend perceel wel een bouwwerk aanwezig is.
Met het derde lid van artikel 3.94 is beoogd te voorkomen dat de afvoer van rook wordt belemmerd als gevolg van ophoping van bijvoorbeeld bladeren of sneeuw.