6. Aanscherping milieuprestatie-eis voor woningen
Op 1 januari 2018 is in het toenmalige Bouwbesluit 2012 een milieuprestatie-eis ingevoerd voor nieuwe woningen en kantoorgebouwen. Deze milieuprestatie-eis bepaalt de maximum milieubelasting die een nieuwe woning of kantoorgebouw mag hebben. Deze milieubelasting wordt berekend met de in de bouwregelgeving aangewezen methode. De milieuprestatie-eis is een generieke prestatie-eis. Ze schrijft niet voor hoe de eis moet worden gerealiseerd. Op deze manier hebben bij het bouwen betrokken partijen zoals de opdrachtgever, de architect, adviseurs, de aannemer en leveranciers vrijheid om zelf de optimale keuze te maken tussen mogelijke maatregelen. Dit geeft ontwerpvrijheid en stimuleert innovatie. Het huidige kabinet heeft de circulaire economie tot een prioriteit bestempeld.19 Daarbinnen is circulair bouwen één van de vijf prioritaire thema’s. In een circulaire economie worden grondstoffen efficiënt ingezet en hergebruikt, zonder schadelijke emissies naar het milieu. Voor zover nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden deze op duurzame wijze gewonnen en wordt verdere aantasting van de sociale en fysieke leefomgeving en de gezondheid vorkomen. Producten en materialen worden zo ontworpen dat ze kunnen worden hergebruikt met zo min mogelijk waardeverlies en zonder schadelijke emissies naar het milieu. 20 In een brief aan de Tweede Kamer van 8 oktober 2019 over maatregelen voor het bevorderen van circulair bouwen stelt de minister van BZK voor om de milieuprestatie-eis te gebruiken als instrument voor het bevorderen van circulair bouwen. Circulaire maatregelen verminderen de milieubelasting. Er zijn verschillende soorten circulaire maatregelen mogelijk in de bouw. Een eerste stap is om te kijken wat voor materiaal er al beschikbaar is, bijvoorbeeld hergebruik van elementen uit het casco of van een installatie. Een volgende stap is om hernieuwbare materialen te gebruiken. Vervolgens kan worden gekeken hoe de milieubelasting kan worden geminimaliseerd, bijvoorbeeld door efficiënt gebouwontwerp. Ook een belangrijk element is de verlenging van de levensduur van bouwwerken of onderdelen daarvan. Tot slot kan worden gekeken hoe het bouwwerk zo goed mogelijk herbruikbaar is aan het einde van zijn levensduur. Dit kan bijvoorbeeld door demontabel te bouwen. De minister van BZK stelt in voornoemde brief als doel de milieuprestatie-eis tot 2030 stapsgewijs scherper te stellen en uiterlijk in 2030 te halveren. 21 De uitwerking van deze ambitie zal in een plan van aanpak in 2020 aan de Tweede Kamer worden aangeboden.
19 Vertrouwen in de toekomst Regeerakkoord 2017 – 2021, VVD, CDA, D66 en ChristenUnie (p. 46)
20 Rijksbreed programma Circulaire Economie, ministerie van Infrastructuur en Milieu, ministerie van Economische Zaken, Den Haag, september 2016
21 Tweede Kamer, vergaderjaar 2019–2020, 32 852, nr. 94
Een eerste stap om uiterlijk in 2030 te kunnen komen tot de aangekondigde halvering van deze eis, is het aanscherpen van de milieuprestatie- eis voor nieuwe woningen van 1 naar 0,8. In artikel artikel II, onderdeel V van dit besluit is dit geregeld. Het beleidsdoel van deze voorliggende wijziging is dat het niveau van de eis licht wordt verhoogd zonder dat dit ingrijpende gevolgen heeft voor de bouw en dat meer partijen in de bouw aan de slag zullen gaan met milieuvriendelijk en circulair bouwen. Bij de berekeningen die zijn uitgevoerd om inzicht te krijgen in de mogelijkheden voor een scherpere eis, is uitgegaan van aardgasloze woningen, gebouwd conform BENG-eisen.22 Uit de berekeningen is gebleken dat het mogelijk is om met nu al beschikbare technieken woningen met een scherpere milieuprestatie dan de huidige milieuprestatie-eis te bouwen die tevens voldoen aan de BENG-eisen.
22 Onderzoek t.b.v. aanscherping MPG-eis, Inzicht in het kwaliteitsniveau bij nieuwbouw anno 2020 van woningen en woon- en kantoorgebouwen, W/E adviseurs, Utrecht, juli 2019